Vanaf 30 juli 1653 bekleedt Johan de Witt officiëel de functie van raadpensionaris van Holland. Hij gaat dan het imposante Huis Van Assendelft (later het Spaensche Hof genaamd) huren aan het Westeinde in Den Haag. Na het overlijden van hun moeder in 1645 is Johans oudste zuster Johanna ‘de moeder van de familie’ geworden. In die hoedanigheid…
De uitgaande brieven van Johan de Witt in het Rampjaar
‘Waermede desen affbreeckende ende Uw Ed. in dit aenstaende ende vele volgende jaeren alle geluck ende voorspoedt toewenschende, sal ick verblijven etc. Haege den 1en jan. 1672.’ Met deze gelukwensen voor het nieuwe jaar aan Hendrik Cletscher, secretaris van de Nederlandse ambassade in Zweden, eindigde Johan de Witt zijn eerste brief in 1672. Toen hij die…
Delen op zijn zeventiende-eeuws
In het archief van Johan de Witt bevindt zich in een map met aantekeningen bij de vergaderingen van de Staten van Holland een opvallende reeks getalclusters: De reden dat De Witt aan het rekenen sloeg, lag hoogstwaarschijnlijk aan achterstallen in de afdracht van de opbrengst van de 200e penning van 1623. Het ging hier om…
Johan de Witt en het Rampjaar
Raadpensionaris Johan de Witt (1625—1672) is een van de grootste staatsmannen die ons land ooit heeft gekend. Zijn enorme correspondentie biedt een inkijk in de wandelgangen van de macht gedurende een turbulente tijd in de geschiedenis van onze natie, de zeventiende eeuw. Ter gelegenheid van de de 350-jarige herdenking van het Rampjaar 1672 is een bundel…
‘Afgelopen week 375 doden in Amsterdam’
In 1663 brak in Amsterdam de pest uit. Hoe de dodelijke ziekte de Republiek bereikte is niet met zekerheid te zeggen, maar vermoedelijk hebben ratten van een schip dat lange tijd in de Levant had vertoefd, de pest via het besmette Smyrna of Algiers naar de stad gebracht. [1] Amsterdam was een knooppunt van handel,…
Constantijn Huygens en Johan de Witt
Johan de Witt en Constantijn Huygens waren stads- én tijdgenoten en hebben veel in elkaars omgeving verkeerd. In de geschiedschrijving is echter weinig bekend over hun relatie en het lijkt erop dat er geen correspondentie tussen hen bewaard is gebleven. Dat laatste is te verklaren uit het feit dat ze elkaar vermoedelijk vaak in levende…
De eigenzinnige predikant
Na het succes van Johan de Witt en Engeland en Johan de Witt en Frankrijk zal er in 2022 een vervolg verschijnen. Dan is het 350 jaar geleden dat het Rampjaar plaatsvond en het nieuwe boek krijgt dan ook de toepasselijke titel Johan de Witt en het Rampjaar 1672. Om een indruk te geven van…
Leven, dood en emoties in de tijd van Johan de Witt
Op 18 januari 1666 ontvangt Johan de Witt een brief van zijn aangetrouwde neef Salomon Sweers (1611-1674). Salomon had op dat moment al een avontuurlijk leven achter de rug. Hij was als klerk in dienst van de VOC verschillende malen in Indië geweest. Daarnaast was hij betrokken bij de voorbereiding van de ontdekkingsreizen van Abel…
Purperen regen
Ende vertrouwe ick vastelijcken dat geene van de voors. brieven aen U.Ed. geschreven onder ’t getal van diegene die nu in ‘t licht staen te comen, bevonden sullen worden, ten waere alleenlijcken diegene die van den purperen regen is spreeckende, als niet vindende in deselve eenige materie ofte substantie waerdig omme als een schrift van de…
Uit één stuk gehouwen: de raadpensionaris in marmer. Beeldhouwer Artus Quellinus en Johan de Witt
Het marmeren beeld van Johan de Witt door de Antwerpse beeldhouwer Aert Quellien of Artus Quellinus (1609-1668) wordt gezien als hét kunstvoorwerp dat Johans uiterlijk het dichtst benadert.[1] Herbert H. Rowen, biograaf van de raadpensionaris, is zeer te spreken over de artistieke kwaliteit van het beeld: ‘The grand pensionary De Witt he set down first…